Verschillende talen
Volgens Westenburgen is het van belang dat cultuur- en vastgoedorganisaties elkaars beleefwereld beter leren kennen. “Ik praat met de gemeente, parochies en vastgoedontwikkelaars en veel van die mensen spreken een vastgoedtaal. Dat is een andere taal dan die van cultuur. De afdeling vastgoed van de gemeente en ik snappen elkaar soms lastig. Maar er is al iets veranderd: bij de gemeente heb ik inmiddels één contactpersoon in plaats van acht verschillende.”
Waar in elk geval een kans ligt is het leegstandsbeheer. Al het gemeentelijk vastgoed dat momenteel leeg komt te staan, gaat naar Livable. Westenburgen hoopt dat de gemeente wil meedenken om die panden makkelijker beschikbaar te maken voor ateliers. “Elke keer als er een pand leegkomt zetten zij dat online. Ik zag dat zij ook aanbieden dat je kunt zoeken naar een atelier. Nu is het zover gekomen dat ik een ruimte huur van Livable. Het is een interessant gesprek om eens met de gemeente te voeren.”
Op aanraden van Thomas Bedaux, ook in de zaal, doet Westenburgen de oproep aan aanwezige ontwikkelaars om mee te denken. Zij hebben ook leegstaande panden in beheer. Chantal Gulickx van Triborgh Gebiedsontwikkeling geeft aan dat ze graag wil meedenken over een pand. “We hebben gisteren toevallig de sleuteloverdracht gehad. Het gaat om een pand wat volgens mij geschikt kan zijn voor circusactiviteiten voor anderhalf jaar”, zegt ze. Westenburgen wil gelijk zaken doen.
Het gesprek gaat al een flinke tijd over de ruimte in de stad Tilburg zelf, maar de gemeente is breder dan dat, vertelt een vertegenwoordiger van muziekvereniging Concordia. “Wordt er ook bij de dorpen Berkel-Enschot, Udenhout en Biezenmortel stilgestaan? Wij hebben een eigen pand, het Muziekhuis, dat wij aan zo’n dertien verenigingen verhuren. Ik wil graag met mensen in gesprek. Wij lopen trouwens ook tegen een ander probleem aan: wij zijn een vrijwillig niet-betaald bestuur en openen en sluiten het pand zelf. Er is geen structureel beheer.” Zo worden er meerdere oproepen gedaan tot meedenken.
Rens Heij van WonenBreburg is vooral op zoek naar meer voordeuren, zegt hij. “We willen woningen toevoegen. We hebben veel grote woningen, maar we willen meer mensen huisvesten. Mijn vraag is vooral: wat kunnen makers nog meer bieden voor onze wijken en mensen, behalve ruimtegebruik? Kan de buurt worden meegenomen in het maakproces? Ik zie best wat garageboxen voor me waar makers mooi mee aan de slag kunnen en die wij minder hard nodig hebben.”
Het is een vraag die niet meteen op applaus kan rekenen. Nienke van Boom, zakelijk leider van broedplaats voor filmmakers Studio Nova, zegt dat kunstenaars het al druk genoeg hebben. “Ik snap de vraag en in sommige omstandigheden is het goed haalbaar. Maar ik zit dagelijks tussen autonome filmmakers en die werken zo verschrikkelijk hard om een minimuminkomen te halen, dat het nogal wat is om hen ook nog te vragen na te denken over andere meerwaarde. Ik zie het als mijn rol om daar mensen ook in te beschermen.”
Een bezoeker van de avond ziet beschikbare ruimte graag in een breder verband. “Door de jaren heen zijn er heel veel mensen uit Tilburg vertrokken. Dat was niet nodig geweest als je hier toffe plekken had gehad. Je hoeft het ons niet op te leggen: vertrouw op artiesten dat ze creatief genoeg zijn om zelf concepten te verzinnen”, zegt hij. “Er is een hele middenlaag aan artiesten weg vanwege de opschaling van 013. Er zijn weinig scenes of plekken waar het gebeurt in Tilburg. De stad heeft een podium nodig waar de drempel niet te hoog is.”